Een Gedicht Over een Mat
Er was eens een mat.
Die at veel patat.
En de mensen Stampte Hem Plat.
Dat Was de mat Zat.
Dus Ging In Bad.
De Mensen Stampte hem nog Steeds plat.
Op de mat zat patat.
En de mat spelede met de patat.
Dat was de patat zat.
Dus spelede weer met de mat.
De Mat ging uit bad.
Patat was het zat.
Dus at zelf patat.
De mat was het zo zat. !
Duz Fopte de patat.
Dat was hij op een gegevenmoment zat. !