|
SPIEKTIPS!
Hier vind je de beste spiektips die er zijn, maar let op gebruik ze je niet teveel gebruikt!
* Proefwerk / so *
Blaadje grissen
Gewoon het blaadje van je achterbuurman z'n tafel grissen, overpennen, en weer terugleggen. Wacht wel even tot hij klaar is...wel zo aardig (en je hebt er zelf meer aan). Moet je natuurlijk wel voor iemand gaan zitten die het wat beter geleerd heeft dan jij...
Blaadje ruilen
Verwissel jouw blaadje met die van iemand die dicht bij je in de buurt zit en vul bij elkaar aan wat de ander niet heeft. Denk er wel aan weer terug te ruilen want het is een beetje jammer als je net bij het inleveren wordt gesnapt..
Briefje in capuchon
Spreek met degene die voor je zit af dat die een trui met capuchon aandoet, zodat jij daar een briefje in kan stoppen. Probeer om zo recht mogelijk voor de leraar te zitten zodat hij (of zij natuurlijk) het niet kan zien want verzin maar eens een andere reden om in iemand z'n capuchon te zitten...
Boek ernaast
Let op, dit kan alleen bij leraren die bijna nooit de klas in kijken! Gewoon je boek op en in je tas of ergens op de grond ofzo en je kan het zo overpennen.
Bijpennen
Let op, dit kan alleen bij leraren die de blaadjes pas aan het einde ophalen! Doe alsof je klaar bent en leg de blaadjes op de hoek van je tafel, liefst achter iemands rug zodat het niet meteen opvalt. Dan pak je je boek en zoek je op wat je nog niet had. Boek weg, blaadjes weer pakken en bijpennen. Vraagt de leraar wat je met dat boek doet, zeg je gewoon dat je al klaar bent of dat het een ander vak is. Maar let op, het is dan niet echt handig je blaadjes toch nog maar eens te bekijken (duh..).
* Proefwerk / so - Meerkeuzevragen *
Pencode
Deze is nogal opvallend als je het de hele tijd doet maar 'in lichte mate' werkt het goed. Het is simpel, 1 keer tikken op de tafel is A, 2 keer tikken is B, enzovoort. Of wat je ook kan gebruiken is dat knopje achterop je pen, alleen is dat opvallender. Gebarentaal
Spreekt voor zich.. 1 vinger is A, 2 vingers B, enzovoort.
* Luistertoets *
Armcode
Spreek met degene die naast je zit een code af. Bijvoorbeeld bij een meerkeuzetoets met 3 keuzemogelijkheden:
Arm tegen je lichaam = kortste antwoord
Arm halverwege de tafel = middellangste antwoord
Arm 'uitgestrekt' over de tafel (dus in een hoek van 90 graden zeg maar) = langste antwoord
Arm onder het hoofd (zodat je hoofd erop leunt) = ik weet het niet
|